Onderwijs

Onderwijskundige inrichting

Het Berechja College biedt onderwijs aan dat gerelateerd is aan de huidige ontwikkelingen op onderwijskundig gebied. De lessen kenmerken zich door een voor de leerlingen herkenbare opzet waarbij doelgericht gewerkt wordt. Docenten zijn geschoold in het hanteren van de ‘5 rollen van de docent’ inclusief de zesde rol 'coach' en gebruiken het Directe Instructie Model (DIM) als didactisch leermiddel. Docenten hebben de vaardigheid om iedere leerling op zijn of haar niveau instructies te geven om zo recht te doen aan de talenten van iedere leerling. Wij willen dat onze leerlingen uitgroeien tot respectvolle mensen die straks in staat zijn om in hun eigen onderhoud te voorzien en een bijdrage kunnen leveren aan een verantwoorde samenleving.

Onderbouw

De onderbouw op onze school zijn alle 1e en 2e klassen van het vmbo. Het vmbo is een verzamelnaam voor:
- basisberoepsgerichte leerweg (met en zonder LWOO)
- kaderberoepsgerichte leerweg (met en zonder LWOO)
- theoretische leerweg

Daarnaast bestaat onze onderbouw uit havo 1, 2 en 3.

Nieuwe leerlingen worden geplaatst in een van deze niveaus. Het advies van de basisschool is bepalend voor het niveau waarop een leerling in klas 1 wordt geplaatst. 
Soms geeft een basisschool een dubbel advies (bijvoorbeeld basis/kader). In dat geval wordt een leerling altijd op het hoogste niveau geplaatst.

    Havo next

    Op het Berechja College bieden we in het kader van breed onderwijs leerjaar 1 en 2 havo aan en door middel van een personele unie met het Emelwerda College, bieden we ook leerjaar 3 havo aan op onze locatie. Daarna kunnen onze havisten de bovenbouw op het Emelwerda College vervolgen. Hiervoor werken beide scholen goed samen. Havo next is de versterking van de doorlopende leerlijn. Havo next is tweeledig: enerzijds een verdieping van het havo-onderwijs, zodat de doorlopende leerlijn naar de bovenbouw beter aansluit en anderzijds is het een verbreding van het onderwijsaanbod. Leerlingen kunnen namelijk een aantal keuzeprogramma's volgen, zoals Cambridge EnglishDelf Frans of een talentenprogramma. Daarnaast volgen de havisten het nieuwe praktijkgerichte programma Next Challenge.

    NEXT CHALLENGE

    De tijd van een enkel theoretische havo is voorbij. Het praktijkgerichte vak Next Challenge is een vak dat aansluit bij de behoefte van havisten om theorie en praktijk te combineren en de relevantie te zien door kennis in de praktijk toe te passen. Bij Next Challenge worden levensechte vraagstukken uit het bedrijfsleven als projectuitdagingen aangepakt.

    Next Challenge neemt de behoeften en kwaliteiten van de havoleerling als uitgangspunt voor het onderwijs en is uniek in de regio. Voor havisten is het belangrijk dat ze de koppeling tussen theorie en praktijk kunnen maken, zodat ze de relevantie van het leren zien. Ze leren door doen en daarom bieden we afwisseling en uitdaging.

    Bèta Challenge Programma - Theoretische leerweg

    Alle leerlingen in in klas 1 en 2 van de Theoretische Leerweg krijgen 3 uur per week het vak Bèta Challenge. Dit vak is gerelateerd aan techniek, maar heeft een geheel eigen aanpak. Het doel van het vak is om leerlingen te laten kennismaken met techniek in allerlei sectoren (bètawerelden). Het gaat ons daarbij om 'levensecht' onderwijs.

    Vanuit het bedrijfsleven krijgen leerlingen een vraagstuk voorgelegd waarmee ze aan de slag gaan. Nadat leerlingen hiermee aan de slag zijn gegaan, wordt het eindproduct gepresenteerd aan de opdrachtgever. Deze aanpak maakt de lessen Bèta Challenge actueel, relevant en eigentijds.
    Daarnaast wordt er in dit programma veel tijd besteed aan Loopbaan Oriëntatie Begeleiding (LOB). Doordat leerlingen kennismaken met verschillende sectoren, kunnen ze ook ontdekken wat goed bij hen past en wat ze leuk vinden. Dat kan leerlingen helpen in hun oriëntatie op hun toekomst. 

    Zie voor meer informatie voor dit onderwijsconcept: www.betachallenge.nl


    Bovenbouw

    De leerlingen die naar de bovenbouw van het vmbo gaan, zijn in de onderbouw al in een leerweg geplaatst. Zij zitten in de basisberoepsgerichte leerweg (BB), in de kaderberoepsgerichte leerweg (KB) of in een theoretische leerweg (TL). Over het algemeen zien wij dat onze leerlingen hun plek op school gevonden hebben als zij eenmaal in de bovenbouw zitten. Er kan op het juiste niveau gewerkt worden aan verdieping van kennis en versterking van vaardigheden. In de bovenbouw krijgen leerlingen te maken met het PTA, dat staat voor Programma van Toetsing en Afsluiting. Het houdt in dat de toetsen die worden afgenomen meetellen voor het schoolexamen. In leerjaar 4 werken we heel gericht naar het Centrale Examen toe. Het is een jaar waarin veel zelfstandigheid en discipline van leerlingen gevraagd wordt. Ze moeten het Programma van Toetsing en Afsluiting afronden en aan het einde van het schooljaar het Centrale Examen afleggen. Ook moeten de leerlingen dit jaar kiezen voor een vervolgopleiding. In dit keuzeproces worden zij intensief begeleid.

    LWOO-onderwijs

    LWOO staat voor Leerweg Ondersteund Onderwijs. Als een leerling aan bepaalde criteria voldoet kan er een LWOO-aanvraag gedaan worden. De criteria zijn vastgesteld door het samenwerkingsverband Aandacht+ en hebben betrekking op leerachterstanden en/of sociaal-emotionele problematiek. De LWOO-aanvraag wordt meestal al in gang gezet tijdens de overgang van het basis- naar het voorgezet onderwijs. 

    Op het Berechja College krijgen leerlingen met een LWOO-indicatie les binnen de reguliere basis- of kaderberoepsgerichte of theoretische leerweg. Ze worden dus niet in een aparte klas geplaatst.
    Binnen de reguliere klas kunnen zij extra ondersteuning krijgen van leercoaches om te werken aan achterstanden of moeilijke lesstof. De klassen waarin een LWOO-leerling geplaatst wordt zijn vaak kleiner, waardoor er betere begeleiding kan worden geboden.
    Daarnaast speelt de mentor een belangrijke rol in de begeleiding. De mentor stelt samen met de leerling en ouders/ verzorgers aan het begin van het schooljaar doelen op. Deze doelen passen bij wat de leerling verder wil ontwikkelen. Dit alles wordt in een portfolio vastgelegd. Tijdens het schooljaar zal er een voortgangsgesprek en een evaluatiegesprek met leerling en ouders plaatsvinden.

    Sterk Techniek Onderwijs (STO)

    Het Berechja College is  actief betrokken bij Sterk Techniek Onderwijs Noordelijk Flevoland, een initiatief dat zich richt op het versterken van het technisch onderwijs in de regio. Door de verbinding tussen het onderwijs en het bedrijfsleven en door de samenwerking tussen het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs komen leerlingen met veel verschillende facetten van techniek in aanraking. Dit is niet alleen goed voor de individuele leerlingen en studenten, maar ook voor de regionale economie als geheel.
    Dit sluit ook naadloos aan bij het ondernemende en bruisende karakter van onze school.




    Aanmelding van nieuwe leerlingen en doorstroming

    De basisschool geeft altijd een niveau-advies waarmee een leerling wordt aangemeld. Dit advies wordt altijd overgenomen. Aangemelde leerlingen worden in de toelatingscommissie besproken. Bijna alle leerlingen kunnen worden toegelaten, maar soms wordt er extra advies ingewonnen als leerlingen speciale ondersteuningsbehoeften hebben. Bij een dubbel advies vanuit de basisschool wordt de leerling in principe op het hoogste niveau geplaatst.

    Tijdens de onderbouwperiode zijn er mogelijkheden om door te stromen naar een hoger niveau. Cijfers, resultaten van het cito-leerlingvolgsysteem, motivatie en vaardigheden van een leerling zijn daarbij leidend. De beslissing over tussentijds opstromen wordt door de docentenvergadering genomen.
    Als blijkt dat het voor een leerling beter is om de loopbaan op een lager niveau te vervolgen, is dat ook mogelijk. Helaas wordt hier vaak nog de term 'afstromen' voor gebruikt, wat een negatieve bijklank heeft. Wij zien dat eigenlijk niet zo. Als dat niveau beter bij de leerling past, is het alleen maar goed als een leerling op dat niveau verder kan.

    In de samenwerkingsovereenkomst met het Emelwerda College te Emmeloord is de doorstroming geregeld van de havoleerlingen naar de bovenbouw. Bij gebleken geschiktheid behoort bevordering naar leerjaar 2-gymnasium/atheneum of klas 3-atheneum ook tot de mogelijkheden. Aan het einde van het tweede jaar van het vmbo stromen de leerlingen bij positief resultaat door naar de bovenbouw met de verschillende profielen.

    Determinatie

    Met determinatie bedoelen wij de plaatsing van een leerling op een bepaald niveau. Het is ons streven dat alle leerlingen uiteindelijk in de bovenbouw op het niveau zitten dat het beste bij hen past. 

    Dit vraagt van ons dat we de leerlingen in de onderbouw goed volgen en begeleiden. Hiervoor wordt de leerling in de onderbouwperiode geobserveerd door de mentoren en vakdocenten. In klas 2 van het vmbo en klas 3 havo wordt bij rapport 2 door de docentenvergadering een voorlopig advies uitgebracht betreffende de te volgen leerroute. Dit advies is niet alleen gebaseerd op cijfers en de resultaten van het Cito-leerlingvolgsysteem Toets 0-3, maar ook op andere factoren zoals studiehouding en vaardigheden.
    Uiteindelijk wordt in de laatste docentenvergadering van klas 2 van het vmbo en klas 3 havo de definitieve determinatie vastgesteld en weten we op welk niveau de leerling in de bovenbouw verder zal gaan.

    Van de onderbouw naar de bovenbouw


    Basis- en kaderberoepsgerichte leerweg
    Aan het eind van leerjaar 2 kiezen de leerlingen van de basisberoepsgerichte (BB) en kaderberoepsgerichte leerweg (KB) binnen het vmbo een profiel. De leerlingen kunnen kiezen uit drie profielen: Dienstverlening & Producten (D&P), Zorg & Welzijn (Z&W) en Maritiem & Techniek (MaT). 

    Hiermee staat hun vakkenpakket voor een groot deel vast. De leerlingen die Zorg & Welzijn kiezen, maken de keuze tussen geschiedenis of wiskunde. De leerlingen die Maritiem & Techniek kiezen, hebben een vast vakkenpakket. De leerlingen die Dienstverlening & Producten kiezen, kunnen uit biologie, natuur-/scheikunde of economie kiezen. 

    Daarnaast kiezen de leerlingen binnen de profielen een uitstroomrichting (spoor) waarin zij zich willen verdiepen. Dat kan zijn:
    - Dienstverlening & Producten: Facilitair spoor of Nieuwe technieken spoor,
    - Maritiem & Techniek: Nautisch spoor of Maritiem technisch spoor,
    - Zorg & Welzijn: Verzorgend spoor of (Re)creatief spoor. 
    Binnen deze uitstroomrichtingen (sporen) horen vier keuzevakken die te maken hebben met het gekozen spoor. Deze keuzevakken worden in klas 2 tijdens het keuzeproces met leerlingen en ouders gecommuniceerd. 

    Theoretische leerweg
    In de theoretische leerweg kiezen de leerlingen halverwege klas 2 een vakkenpakket voor klas 3 en 4. De vakkenpakketten hebben ook een profielnaam (te weten: economie, landbouw, techniek en zorg & welzijn), en binnen elk profiel zijn er twee verplichte (profiel) vakken, keuzevakken en gemeenschappelijke vakken. 

    Naast de theoretische vakken, kiezen de leerlingen ook een praktijkgericht programma. In een praktijkgericht programma werken de leerlingen met een onderzoeksvraag of een opdracht die ze in groepjes moeten uitwerken. Zo worden meer vaardigheden en competenties van de leerlingen aangesproken (dan alleen het cognitieve). De leerlingen kunnen kiezen uit twee varianten binnen het praktijkgericht programma: dienstverlening & producten en maritiem & techniek. 

    Het vmbo kent een tweejarige examenperiode. Dit houdt in dat alle toetsen in het derde en het vierde leerjaar onderdeel zijn van het schoolexamen. Deze schoolexamentoetsen (SE-toetsen) staan omschreven in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) en vormen samen met het centrale examen (CE) het eindcijfer voor het examen. Na het vmbo kunnen de leerlingen een opleiding op het mbo kiezen, of voor de havo kiezen. 

    De leerlingen van 3 havo kiezen een profiel en vakkenpakket voor de bovenbouw van de havo. Deze leerlingen maken een keuze uit één van de volgende profielen:

    • cultuur en maatschappij (c&m)
    • economie en maatschappij (e&m)
    • natuur en techniek (n&t)
    • natuur en gezondheid (n&g)

    Er worden dus in de loop van het tweede en derde leerjaar nogal wat keuzes gemaakt. Op ouderavonden wordt hierover het een en ander uitgelegd zodat de juiste keuze gemaakt kan worden.

    Na het vmbo

    Na het behalen van het vmbo-diploma kunnen leerlingen doorstromen naar het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Daar zijn studiemogelijkheden op verschillende niveaus. De leerlingen die de basisberoepsgerichte leerweg hebben gevolgd, kunnen kiezen voor een niveau 2 opleiding op het mbo, en de leerlingen die de kaderberoepsgerichte en theoretische leerweg hebben gevolgd, kunnen kiezen uit niveau (2) 3 en 4 opleidingen op het mbo. Bovendien kun je kiezen voor een fulltime opleiding (BOL) of een parttime opleiding (BBL). Bij de laatste werk je vier dagen en ga je één dag per week naar school. Scholen waar leerlingen van onze school veel naartoe gaan zijn:

    • Firda Urk
    • Emelwerda College (havo)
    • Firda in Emmeloord
    • Deltion College in Zwolle
    • Landstede in Zwolle
    • Hoornbeeck College Kampen

    De decaan van het Berechja College is mevr. A. Hoekstra. Zij beschikt over uitgebreide kennis en ervaring op het gebied van vervolgstudies en loopbaanontwikkeling. Mevrouw Hoekstra kan je helpen bij het ontdekken van je talenten, het verkennen van verschillende studieopties en het kiezen van de studierichting die het beste bij jou past.

    Ook ouders zijn van harte welkom om contact op te nemen met onze decaan.

    De profielen van het vmbo

    Het Berechja College biedt voor alle leerlingen van de Basis- en Kaderberoepsgerichte leerweg profielgerichte vakken aan in klas 1. Elke week krijgen leerlingen 2 uur les binnen elk van de drie profielen die op het Berechja College worden aangeboden. Dat zijn de profielen: Zorg & Welzijn, Maritiem & Techniek en Dienstverlening & Producten. 
    Op deze manier maken leerlingen kennis met de profielen en kunnen zij na klas 1 een keuze maken voor het profiel waarin zij uiteindelijk examen willen doen. 

    In de bovenbouw van de Basis- en Kaderberoepsgerichte leerweg doet een leerling examen binnen het gekozen profiel.

    Voor leerlingen van de Theoretische Leerweg worden in de bovenbouw de volgende profielen aangeboden: Landbouw, Economie, Zorg & Welzijn en Techniek. Daarnaast volgen alle leerlingen een praktijkgericht programma waarbij ze de keuze maken tussen Dienstverlening & Producten of Maritiem & Techniek.

    Theoretische leerweg

    De theoretische leerweg geeft in de naam al aan waar het voor staat. De leerlingen volgen een theoretisch programma waarin ze voorbereid worden op een niveau 4-opleiding van het mbo. Deze leerlingen kiezen aan het eind van leerjaar 2 een profiel. De verdieping die zij doen betreffende dit gekozen profiel werken zij uit in een profielwerkstuk dat in het examenjaar wordt gepresenteerd in de klas.

    Zorg & Welzijn

    De leerlingen die dit profiel kiezen oriënteren zich op de verzorgende beroepen die te vinden zijn in het beroepenveld. . Een aantal onderwerpen van de modules omvatten het werken in de peuterspeelzaal, verzorgen van ouderen, of het organiseren van activiteiten voor verschillende doelgroepen. Voorbeelden van die activiteiten zijn onder andere een viergangendiner voor ouderen en een wellness middag voor mensen met een beperking. Binnen het vrije deel maken de leerlingen een keuze voor een verzorgend specialisme of voor een (re)creatief spoor. Daarnaast maken beroepshouding en LOB een belangrijk onderdeel uit van het programma. Met het CSPE (centraal schriftelijk praktijkexamen) sluiten deze leerlingen hun profiel Zorg & Welzijn af.

    Maritiem & Techniek (MaT)

    Dit profiel bereidt de leerlingen, als enige maritieme opleiding in Nederland, voor op de nautische opleidingen van het mbo. Binnen de Nautische opleidingsroute volgen zij de keuzedelen commerciële visserij en zeevaartkunde. Naast de nautische opleiding is er voor leerlingen de mogelijkheid om te kiezen voor een uitstroomprofiel Maritiem Technisch, waarbij vakken als werktuigkundig en elektronisch onderhoud en koudetechnieken worden aangeboden. De praktijklessen voor deze beide leerroutes worden aangeboden door de docenten van de maritieme opleidingen van Firda locatie Urk. Naast de schriftelijke toetsen, tentamens en werkstukken is ook hier het CSPE en het uitvoeren van technische opdrachten het afsluitende onderdeel van hun profiel.

    Dienstverlening & Producten (D&P)

    Dit profiel beweegt zich op het snijvlak van de verschillende beroepsgerichte vakken die het vmbo aanbiedt en vormt een intrasectoraal programma waarin delen van verschillende beroepsgebieden in terug te vinden zijn. Binnen het profiel Dienstverlening en Producten maken de leerlingen een keuze voor facilitaire dienstverlening of voor moderne technieken. Het profiel is sterk ICT-gericht. De aanschaf van een eigen notebook is voor deze leerlingen dan ook noodzakelijk. Ook deze leerlingen doen, naast schriftelijke toetsen, schoolexamens en werkstukken, het praktijkexamen, het CSPE.

    Stages

    De beroepsgerichte leerlingen gaan in de bovenbouw drie keer een week op stage, waarin kennis gemaakt wordt met de beroepspraktijk en waarin gewerkt wordt aan competenties die van belang zijn voor een beroep in de maatschappij. De leerlingen van het profiel Maritiem & Techniek gaan binnen een bedrijf in het nautische beroepenveld aan de slag. De leerlingen van het profiel Zorg & Welzijn kunnen kiezen uit een aantal stageplekken die passen bij het profiel en de  interesse. Daarin hebben ze een brede keuze zoals: peuterspeelzaal, kinderopvang, horeca, verzorgingsinstellingen, kappers enz.. Binnen het profiel Dienstverlening & Producten lopen de leerlingen stage in drie verschillende sectoren: commercie, techniek en dienstverlening. De vorm van de stage is afhankelijk van het stagebedrijf. De stage is gericht op het kennismaken met beroepen die bij het gekozen profiel passen en een verdieping van de lesstof. Tijdens de stage krijgen leerlingen gerichte opdrachten mee die bestaan uit stageopdrachten en het maken van dagverslagen. 

    Na elke stage presenteert de leerling zijn ervaringen aan de klas in de vorm van een opdracht. Die opdrachten zijn voorbereid door de vakdocent van het beroepsprofiel en de leerling mag één van de opdrachten kiezen. De presentatie wordt ook toegevoegd aan Qompas, het digitale loopbaandossier van de leerling.

    Omdat leerlingen binnen de havo veel theorie hebben en weinig praktijkervaring opdoen, zijn we twee jaar geleden begonnen met een 'job-shadow' voor leerlingen uit leerjaar drie. Ze mochten een aantal dagen met iemand meelopen die een havo-gerelateerde functie heeft. Deze activiteit is van toegevoegde waarde bij het kiezen van een profiel voor de bovenbouw. Ook komend cursusjaar zullen de leerlingen in leerjaar drie weer een 'job-shadow' gaan doen.

    In leerjaar drie doen alle leerlingen ook een maatschappelijke stage. Via deze stage krijgen de leerlingen de kans om kennis te maken met de samenleving en het belangrijke vrijwilligerswerk. 

    In klas 4 gaan de LO2 leerlingen op stage bij een sportinstelling. De opdrachten die ze hierbij moeten maken worden in hun Sportfolio verwerkt. 


    Loopbaanoriëntatie en loopbaanbegeleiding (LOB)

    Oriëntatie op de verschillende profielen van het vmbo en op profielen van de havo is onderdeel van de mentorlessen in de onderbouw. Tijdens deze lessen wordt gebruik gemaakt van de methode Qompas. Dit is een online programma dat de leerling ondersteunt bij het oriënteren op het maken van keuzes. Qua opbouw en vormgeving sluit deze methode nauw aan bij de belevingswereld van de leerlingen. De leerlingen doorlopen het programma zelfstandig via een gestructureerd en persoonlijk stappenplan, waarbij ze zich oriënteren door middel van tests en opdrachten. Tot slot maken ze een weloverwogen keuze voor een profiel of een vakkenpakket. In de onderbouw doen de beroepsgerichte leerlingen binnen het vmbo kennis op van verschillende sectoren binnen het beroepenveld door wekelijks een aantal lessen te volgen binnen onze drie profielen: Zorg & Welzijn, Maritiem & Techniek en Dienstverlening & Producten. Leerlingen leren hier beroepsvaardigheden en ontwikkelen verschillende competenties. De theoretische leerlingen volgen in de onderbouw het vak Bèta Challenge. De leerlingen leren bij dit vak oplossingsgericht te denken en te handelen. Ze gaan aan de slag met een vraagstuk vanuit het bedrijfsleven en bedenken daar een oplossing voor. Alle leerlingen in leerjaar één lopen een dagje mee binnen het beroepenveld. Zowel de beroepsgerichte als de theoretische leerlingen in leerjaar twee maken kennis met de verschillende opleidingen op Firda in Emmeloord en het Deltion College in Zwolle.  Om de techniek meer onder de aandacht van de leerlingen te brengen, gaan de beroepsgerichte leerlingen in leerjaar twee ook op excursie naar technische bedrijven. Door al deze activiteiten krijgen de leerlingen een beeld van wat de verschillende sectoren en beroepen inhouden. De havo-leerlingen volgen TO-lessen (talentontwikkeling). Er wordt gewerkt aan bijvoorbeeld ICT-vaardigheden, maar ze leren ook koken en werken aan houding en omgang met andere mensen.  

    In de bovenbouw maken de leerlingen kennis met diverse opleidingen en beroepen door deel te nemen aan de beroepen- en opleidingenmarkt (BOM) op Firda in Emmeloord. De leerlingen krijgen ook de gelegenheid om een dagdeel mee te lopen met een, door de leerling, specifiek gekozen opleiding én school naar keuze en ze mogen vrijwillig de onderwijsbeurs in Zwolle bezoeken. Alle leerlingen zijn verplicht om minimaal één open dag te bezoeken. Gedurende de vier schooljaren bouwen alle leerlingen in Qompas een digitaal loopbaandossier op dat ze kunnen gebruiken tijdens de intake van hun vervolgopleiding. Mentoren kunnen in één oogopslag zien wat de leerling heeft gedaan en ingevuld en wat zijn kwaliteiten zijn. De mentor kan hierdoor de leerling advies geven over de opleiding die hij heeft gekozen. Leerlingen kunnen op basis van alle ervaringen een weloverwogen keuze maken voor een  bepaalde opleiding. Leerlingen die weten waarvoor ze leren, gaan gemotiveerder naar school en kiezen gerichter. Omdat docenten en mentoren de leerlingen in praktijksituaties aan het werk zien, kunnen zij gerichter adviseren over hun keuze.

    Taal en rekenen

    Leesbeleid

    Van leerlingen die het vmbo verlaten wordt verwacht dat zij het zogenaamde 2F-niveau (ERK) op taal en rekenen bereikt hebben. Leerlingen in de havo en het vwo moeten groeien naar het 3F-niveau (klas 5/6). Het Berechja College geeft haar leesbeleid vorm in de dagelijkse praktijk. Van leerlingen wordt verwacht dat zij dagelijks een leesboek meenemen, de keus voor het boek ligt bij de leerlingen. Hierin worden zij gestuurd door de docenten Nederlands. Elke dinsdagmorgen duren de lessen 5 minuten korter. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid voor een schoolbreed leesmoment, zowel voor leerlingen als docenten. Lezen verbreedt namelijk de woordenschat van de leerlingen en verbreedt hun kennis van de wereld. Deze twee vaardigheden zijn nodig bij alle vakken die op school gegeven worden. Door meer te lezen leer je ook makkelijker te leren. Bij het aanleren van teksten wordt door de docent gebruik gemaakt van dezelfde strategieën. Deze gezamenlijke aanpak zorgt voor duidelijkheid en structuur bij leerlingen in de aanpak van teksten en leidt uiteindelijk tot  betere resultaten.

    Schoolbibliotheek

    Het Berechja College realiseert in 2024 een volwaardige schoolbibliotheek waar leerlingen boeken mogen lenen. Deze bibliotheek kent een breed aanbod en wordt beheerd door een mediathecaris. Alle leerlingen kunnen hier boeken lenen en heerlijk ontspannen lezen. In samenwerking met de Flevomeer Bibliotheken zorgen we voor een actuele en brede collectie. 

    Rekenen

    De aanpak van het rekenen op het Berechja College is beschreven in het rekenbeleidsplan. Het rekenen is een belangrijk onderdeel van het schoolaanbod. Dat is nodig omdat rekenvaardigheid van leerlingen invloed heeft op de lessen en resultaten. Goede rekenvaardigheden zijn nodig voor een succesvolle doorstroom naar vervolgopleidingen en voor het functioneren binnen de maatschappij. 

    Het rekenbeleid op het Berechja College draagt bij aan het terugbrengen van de rekenachterstanden op het Berechja College. Er is een rekencoördinator die hier zorg voor draagt. Met het rekenbeleid willen wij zorgdragen dat de leerlingen basisvaardigheden aangereikt krijgen om rekenen voldoende te beheersen. Dit naar de richtlijnen die vanuit de overheid zijn opgesteld. Het uiteindelijke doel is dat de rekenvaardigheden op 2F niveau komen en hierop blijven.

    Leerlingen krijgen rekenen binnen het programma van Wiskunde aangeboden. Daarnaast kan het als apart vak worden gegeven in de bovenbouw. Leerlingen die geen wiskunde krijgen binnen hun profiel zijn verplicht om het vak rekenen te volgen.
    Daarnaast kan rekenen als apart programma worden aangeboden als er sprake is van achterstanden die gerepareerd moeten worden.

    Taalbeleid

    Taal is heel belangrijk in school en in het leven. Taal is een instrument bij en gereedschap voor de ontwikkeling van een kritische wereldburger. Leerlingen die niet over voldoende taalvaardigheid beschikken, kunnen niet goed meedoen aan de wereld: ze kunnen niet goed lezen, zich niet goed uitdrukken en niet goed luisteren, waardoor ze in hun leven moeilijkheden tegenkomen, bijvoorbeeld bij het lezen van contracten, het luisteren naar meningen etc.

    Wat betreft de schoolse context: om goed te kunnen presteren in de vakken hebben de leerlingen taalvaardigheid nodig. Bij veel vakken moeten ze instructies kunnen lezen en goed antwoord kunnen geven op vragen en bij examens. Hoe beter leerlingen zijn in taalvaardigheden, hoe meer kans ze hebben om goed te kunnen presteren in hun schoolvakken.

    Op het Berechja College willen we de leerlingen toerusten met voldoende taalvaardigheid om succesvol te zijn op school en in de wereld. Daarom werken we aan het wegwerken van achterstanden in lessen Nederlands en eventueel extra lessen voor leerlingen die dat nodig hebben. Daarnaast willen we dat alle vakdocenten zich bewust zijn van de rol die taal speelt bij hun vak en bieden we de vakdocenten handvatten om expliciet aandacht te besteden aan de taalvaardigheid die nodig is om te kunnen communiceren in en over het vak.

    Klik op de button om ons taalbeleid te lezen en meer te leren over hoe wij ons taalbeleid vormgeven.

    Lessentabellen 2024-2025

    De lessentabellen zijn zo samengesteld dat de leerlingen een goede basis kunnen vormen voor het vervolgonderwijs. In elk leerjaar, op alle niveaus, hebben de leerlingen praktijkgericht onderwijs, bijvoorbeeld de profielvakken en keuzevakken op Basis en Kader, of de challenge based vakken als Bèta Challenge en Praktijkgericht Programma op TL, en Next Challenge op de Havo.

    In Havo 3 hebben we een samenwerking met het Emelwerda College, zodat dat leerlingen naadloos kunnen doorstromen naar de bovenbouw.

    Leerjaar 1

    VakAfkBasisberoepsKaderberoepstheoretischhavo
    GodsdienstGD222

    1

    NederlandsNE4444
    Frans FR--22
    DuitsDU---2
    Engels (havo: optie Cambridge Engels)EN3333
    Mens en Maatschappij M&M443-
    AardrijkskundeAK---1,5
    GeschiedenisGS---1,5
    WiskundeWI4444
    Mens en natuurM&N

    2

    2

    3

    -
    BiologieBI---

    2

    Next

    NXT

    -

    -

    -

    3

    Beeldende vormingBV

    2

    222
    Lichamelijke opvoedingLO3333
    MuziekMU1111
    MentorlesML222

    2

    Technologie en ToepassingT&T

    -

    -

    3

    -

    Profielvakken MaT Z&W D&P

    5

    5

    -

    -



    Totaal32323232

    Leerjaar 2

    VakAfkBasisberoepsKaderberoepstheoretischhavo
    GodsdienstGD1111
    NederlandsNE4433
    Frans FR--

    -

    2

    DuitsDU--32
    EngelsEN3333
    Mens en Maatschappij M&M334-
    AardrijkskundeAK---2
    GeschiedenisGS---2
    WiskundeWI4433
    Natuur/scheikundeNS2222
    Mens en natuurM&N222-
    BiologieBI---2
    TechniekTN22--
    Beeldende vormingBV

    2

    2

    22
    Lichamelijke opvoedingLO3333
    MuziekMU1111
    MentorlesML1111
    Delf (keuzevak)DELF

    -

    -

    (1)

    (1)

    Next

    NXT

    -

    -

    -

    3
    Technologie en Toepassing T&T-

    -

    3-

    Profielvak

    MaT44--
    ProfielvakZ&W44--
    ProfielvakD&P44--
    Totaal

    32

    323232

    Leerjaar 3

    *Keuzevakken. De leerlingen van klas 3- Zorg en Welzijn maken een keus tussen wiskunde en geschiedenis. De leerlingen van klas 3-Dienstverlening & Producten maken een keus tussen Na/Sk, biologie of economie. In leerjaar 3 TL volgen alle leerlingen het praktijk gericht programma (PGP). Daarnaast bepaalt de profielkeuze welke vakken er verplicht zijn en welke vakken daarnaast in het vrije deel gekozen kunnen worden.

    VakAfkBASISBEROEPSkaderBEROEPSTHEORETISCHHAVO

    Mentorles

    ML

    1

    1

    11
    GodsdienstGD11

    1

    1
    NederlandsNE44

    3

    3
    Frans FR--

    -

     2

    DuitsDU--

    3*

    2

    EngelsEN33

    3

    3
    Geschiedenis GS3*

    3*

    3*

    3
    AardrijkskundeAK--

    3*

    -

    WiskundeWI

    4*

    4*

    3

    3

    Natuur/Scheikunde
    (NaSk)
    NS

    3*

    3*

    3

    2

    Natuur/Scheikunde
    (NaSk)2
    NS2--

    -

    2

    RekenenRKN1*1*--
    BiologieBI

    3*

    3*

    3*

    2

    EconomieEC

    3*

    3*

    3

    2

    Beeldende VormingBV--

    3*

    1

    Praktijk gericht programmaPGP

    -

    -

    9

    -

    MaatschappijleerMA

    2*

    2*

    2

    -

    Lichamelijke OpvoedingLO22

    2

    2

    Lichamelijke Opvoeding 2LO2--

    3*

    -

    MuziekMU--

    -

    -

    Maritiem & TechniekMaT12

    12

    -

    -

    Dienstverlening & productenD&P

    12

    12

    -

    -
    Zorg & WelzijnZ&W

    12

    12--

    Next Challenge 

    NC




    3

    Totaal 32323233

    Leerjaar 4 BB/KB

    *Keuzevakken
    ** Rekenen is een extra vak voor leerlingen die een te grote achterstand op rekenen hebben laten zien.

    Voor het examenpakket in klas 4 theoretisch zijn Nederlands, Engels en maatschappijleer verplicht. Daarnaast worden er vier vakken gekozen uit Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie, beeldende vakken, LO2 en economie. Bij de keuze van de vakken speelt de te kiezen sector een hoofdrol.

    VakAFKKeuze

    vak

    4BB Z&W4BB D&P4BB MAT4KB Z&W4KB D&P4KB MAT
    NederlandsNE444444
    EngelsEN
    333333
    Wiskunde*WIZW4
    3
    3
    4
    3
    3
    Biologie*BIDP3


    4


    Geschiedenis*GSZW





    GodsdienstGD
    111111
    Natuur/Scheikunde*NASKDP
    4
    4

    4

    4
    MentorlesML

    1

    11111
    Lichamelijke OpvoedingLO

    2

    2

    2

    2

    2

    2
    EHBO / PRST/ UDV / BZK


    3
    3
    3
    3
    3
    3









    Profielvakken







    D&P


    9

    9
    Mat



    9

    9
    Z&W

    9

    9


    Totaal


    31
    31
    31
    31
    31
    31









    Leerjaar 4 TL

    Gemeenschappelijk deel
    VakAFKLES

    Engels

    EN

    4
    Lichamelijke opvoeding

    LO

    3
    NederlandsNe4
    GodsdienstGD1
    Praktijk gericht programmaPGP4

    Mentorles

    ML1

    Keuze- en profielvakken

    AardrijkskundeAK4
    BiologieBI4
    Beeldende vormingBV4
    EconomieEC4
    GeschiedenisGS4
    Lichamelijke opvoeding 2LO24
    RekenenRKN1
    Natuur- en Scheikunde NS4
    WiskundeWI4
    FransFA4
    DuitsDU4
    Totaal  30

    Keuzeformulier

    Meer informatie over de opbouw van de profielen en bijbehorende keuzes is zichtbaar in het keuzeformulier.

    Algemene informatie
    Formulier 4tl

    Activiteiten

    Hulp aan de naaste 

    Al vele jaren is het op onze school de gewoonte om bij te dragen aan de hulp voor de naaste. Dat is zinvol want: voor de leerlingen is het goed om te ervaren dat het leven meer is dan de eigen omgeving en dat de leerling zelf in financiële zin kan bijdragen. We vragen de ouders om hieraan mee te werken. Het geld is voor wisselende projecten die we elk jaar opnieuw vaststellen. Meestal ontvangt de school in de loop van het jaar voorstellen en aanvragen waaruit we een keuze maken. 

    Goede Doelen Dag 

    Elk jaar organiseren we ‘Berechja’s Goede Doelen Dag’. Op deze dag houden de klassen acties voor diverse goede doelen die we uitnodigen op het Berechja College. Berechja’s Goede Doelen Dag is een dag die door iedereen in de omgeving bezocht kan worden. De opbrengst gaat naar de diverse goede doelen. Het grote succes heeft ons ertoe aangespoord om het tot een jaarlijks terugkerende dag te maken. De doelen zijn o.a. KiKa, Pink Ribbon, stichting Changes, Dregteam SOAD, War Child, stichting ALS en Voetbal+.  Schooljaar '22-'23 hebben we ons ingezet voor de plaatselijke KNRM en hebben €7500 voor nieuwe overlevingspakken opgehaald.

    Buitenschoolse activiteiten 

    De school is er voor kennis en vaardigheden, maar ook voor gezelligheid en sfeer. Daarom bieden we ook activiteiten die op andere wijze het welzijn bevorderen en die een bijdrage leveren aan de algemene vorming van de leerlingen. 

    Klassenavonden

    Elke klas krijgt de ruimte om een eigen klassenavond te organiseren. Een klassenavond heeft een tweeledig doel. Het is een doel om als klas naar elkaar toe te groeien, om elkaar beter te leren kennen en zo de sfeer in de klas positief te beïnvloeden. Omdat deze avonden geheel door de klas worden georganiseerd is het andere doel te leren samen te werken in de organisatie. De klassenavond staat onder toezicht van de mentoren.

    Examengala

    In de periode voor het examen kunnen de leerlingen een examenfeest organiseren. Dit gebeurt in samenwerking met de mentoren en heeft een gala-achtig karakter. Ook dit feest levert prachtige plaatjes op. De leerlingen verschijnen in gala en gaan op de foto, in groepjes, in tweetallen of alleen. Tijdens de avond geven de leerlingen op hun eigen gekozen wijze invulling aan het diner. Ook havo 3 organiseert een afscheidsgala, omdat deze leerlingen hun weg op het Emelwerda College vervolgen.

    olympic moves

    Het Berechja College doet elk jaar mee aan de grootste schoolsportcompetitie van Nederland: Olympic Moves. De school levert diverse teams voor verschillende disciplines en traint in aanloop naar de wedstrijden met de teams. Het Berechja College is hierin gedreven en scoort goed op de toernooien. Onder de bezielende leiding van de sportleraren worden goede resultaten behaald.

    Excursies 

    Excursies vormen een onderdeel van het onderwijspakket, daarom is deelname verplicht. Kosten kunnen variëren en een leerling zal nooit worden uitgesloten, mocht het bedrag niet betaald kunnen worden. We gaan altijd in gesprek om een oplossing te zoeken.

    Vakexcursies 

    Een vakexcursie is een excursie met een duidelijk educatief karakter, aangeboden door een vaksectie aan een bepaald cluster, jaargang of klas. Deze excursie is onderdeel van het onderwijsaanbod. Enkele voorbeelden van vakexcursies zijn: - Geschiedenis: Urk in oorlogstijd; de leerlingen gaan in het “oude dorp” van Urk op zoek naar plaatsen die te maken hebben met de Tweede Wereldoorlog. - Praktische Sector Oriëntatie: bezoek aan diverse bedrijven om zich te oriënteren in het beroepenveld. - CKV-Dag: leerjaar 3 gaat op bezoek bij verschillende musea. 

    DRIEDAAGSE 

    Leerjaar 4 begint het jaar met een driedaagse (2 nachten). Leerlingen kunnen kiezen uit een aantal thema's naar verschillende locaties. Denk aan sportief, cultureel of een mix van deze twee. De driedaagse wordt geleid door de eigen docenten. De activiteiten gedurende de driedaagse zijn er onder andere op gericht om de leerlingen te laten nadenken over hun plek in de samenleving. Daarnaast is het goed om het examenjaar met elkaar te beginnen en daarin nieuwe vriendschappen op te bouwen. 

    Burgerschap

    Op school gaat het natuurlijk niet alleen over Pythagoras, de oude Romeinen en voltooid deelwoorden. Het gaat ook over ontdekken wie je bent en wie je wilt worden en daarnaast hoe je je verhoudt tot een ander. We leven in een Westerse maatschappij, waar democratie en vrijheid van onschatbare waarde zijn. Maar betekent democratie ‘de meeste stemmen gelden’? En mag ik dan alles zeggen en doen onder het mom van vrijheid van meningsuiting? Daar gaat het om bij burgerschap. We zeggen in onze schoolvisie dat de school een oefenplaats is voor onze maatschappij. Dat komt dus bij burgerschap tot uiting.

    Burgerschap is niet een nieuw vak, maar is onderdeel van alle vakken en in alle leerjaren. Als je het bij natuurkunde hebt over de voor- en nadelen van energie opwekken en daarbij de ecologische voetafdruk in acht neemt, dan gaat het niet alleen meer over de techniek en natuurwetten, maar ook over rentmeesterschap en verantwoordelijkheid voor de komende generaties.

    We doen dit niet alleen, it takes a village to raise a child. Samen met ouders, bedrijven, gemeente, politie, etc. geven we burgerschap een vaste plek om te oefenen voor het volwassen leven. Het hoeft niet in een keer goed, als school zijn we een veilige oefenplek waar ook fouten gemaakt mogen worden. Deze veilige omgeving wordt treffend uitgebeeld in de Hebreeuwse letter 'bet'. Het betekent huis. In het symbool zie je een stevige fundering, een dak boven het hoofd, een ondersteuning in de rug en een open blik naar buiten. Een symbool dat past bij burgerschap op het Berechja College!

    Onze coördinator burgerschap is dhr. E. van Urk.

    'Bet'

    Kwaliteitszorg 

    Het Berechja College biedt de leerlingen onderwijs aan gevoed door de kernwoorden Bewust, Betrokken, Berechja. Bewust houdt in dat op een doordachte wijze het onderwijs vormgegeven wordt. Leerlingen worden voorbereid op hun vervolgopleiding en leren daarnaast vaardigheden die van belang zijn in de hedendaagse maatschappij. Aandacht voor welbevinden en leerresultaten gaan daarbij samen. De kwaliteitszorg is cyclisch van aard en wordt gevoed door de normen die de Inspectie voor het Onderwijs bepaalt. 

    Vakgroepen borgen de kwaliteit in hun lessen door onderlinge lesbezoeken en door analyse van behaalde resultaten. Docenten geven les volgens het format van de Berechja-les. Hierbij ligt de nadruk op het stellen van doelen, gerichte instructie, structuur en opbrengsten in leren en sociale vaardigheden. Als aanvulling op  de onderwijsresultaten maakt het Berechja College gebruik van het leerlingvolgsysteem van Cito Toets 0-3. De resultaten geven waardevolle informatie op individueel maar ook op klas- en schoolniveau. Naast de harde normen betreffende resultaten is welbevinden van leerlingen van groot belang. Mentoraat en de ondersteuningsstructuur zijn zo opgezet dat het kernwoord 'Betrokken' een zichtbare plek heeft in ons handelen. Tevredenheidsonderzoeken onder leerlingen en ouders/verzorgers komen jaarlijks terug. De resultaten van deze onderzoeken vormen de input voor de zogenaamde 'panelgesprekken'. Met docenten worden functioneringsgesprekken gevoerd waarbij doelen gesteld worden om de eigen competenties te versterken. 

    Lesbezoeken, uitgevoerd door collega’s en leidinggevenden, helpen de docenten in dit proces. Het Berechja College maakt deel uit van de Onderwijscoöperatie 'Fricolore'. Hierin werken 15 scholen samen op verschillende vlakken waarbij intercollegiaal schoolbezoek een onderdeel is. Dit schoolbezoek heeft dezelfde format als het bezoek van de Inspectie van het Onderwijs en levert waardevolle informatie op over de kwaliteit van ons onderwijs. De resultaten en rendementen van de school zijn te vinden op de site van Scholen op de Kaart

    Doorstroom Onderbouw 2019 t/m 2023:

    Doorstroom Bovenbouw 2019 t/m 2023:

    Examenresultaten

    Overgangsnormen

    Hieronder volgt een overzicht van de overgansnormen voor de verschillende niveaus en leerjaren:
    Algemeen:

    • Rapportcijfers worden afgekapt op 1 decimaal;
    • Het rapport is opgebouwd volgens een voortschrijdend gemiddelde;
    • Toetsen kunnen verschillende waarden krijgen;
    • Een leerling die aan de overgangsnormen voldoet, wordt zondermeer bevorderd;
    • Een leerling die niet aan de overgangsnormen voldoet wordt besproken tijden de rapportenvergadering. Besluiten zouden kunnen zijn:
      • Alsnog bevorderen
      • Hetzelfde niveau
      • Lager niveau
      • Doublure

    Van 1 basisberoepsgericht naar 2 basisberoepsgericht:

    1. Maximaal 3 onvoldoenden.
    De vakken zijn verdeeld in 2 groepen. In de A-groep zijn 2 onvoldoendes toegestaan en in de B-groep 1 onvoldoende, totaal dus 3.

    2. Groep A: Ne, En, m&m, wi, m&n.
    - Maximaal 2 onvoldoenden.
    - Gemiddeld 6,0.

    3. Groep B: Lo, gd, mu en bv.
    - Maximaal 1 onvoldoende.
    - Gemiddeld 6,0.

    Profielvakken Z&W, MAT en D&P worden beoordeeld met O,V,G en moeten uiteindelijk met minimaal een V worden afgerond.

    Algemeen:
    Een leerling uit de basisberoepsgerichte klas met een 7.7 gemiddeld in de A-groep en een positief advies van docentvergadering kan in aanmerking komen voor bevordering naar kaderberoepsgerichte leerweg.

    Van 1 kaderberoepsgericht naar 2 kaderberoepsgericht:

    1. Maximaal 3 onvoldoenden.
    De vakken zijn verdeeld in twee groepen. In de A-groep zijn twee onvoldoenden toegestaan. In de B-groep 1 onvoldoende, totaal dus 3.

    2. Groep A: Ne, En, m&m, wi, en m&n.
    Maximaal 2 onvoldoenden.
    - Gemiddeld 6,0.

    3. Groep B: Lo, gd, mu en bv.
     Maximaal 1 onvoldoende.
    - Gemiddeld 6,0.

    Profielvakken Z&W, MAT en D&P worden beoordeeld met O,V,G en moeten uiteindelijk met minimaal een V worden afgerond.

    Algemeen:
    Een leerling uit de basisberoepsgerichte klas met een 7.7 gemiddeld in de A-groep en een positief advies van docentvergadering kan in aanmerking komen voor bevordering naar theoretische leerweg.

    Van 1 theoretische leerweg naar 2 theoretische leerweg:

    1. Maximaal 3 onvoldoendes
    De vakken zijn verdeeld in 2 groepen. In de A-groep zijn 2 onvoldoendes toegestaan. In de B-groep 1 onvoldoende en een 6,0 gemiddeld.

    Groep A: Ne, En, Fa, M&M, WI en M&N. 

    - Maximaal 2 onvoldoendes 

    - Gemiddeld 6,0


    Groep B: LO, GD, MU en BV. 

    - Maximaal 1 onvoldoende 

    - Gemiddeld 6,0.

    BCP wordt beoordeeld met O,V,G en moet in de laatste periode met minimaal een V worden afgesloten.

    Algemeen:

    1. Leerlingen uit de TL-brugklas met een 7.7 gemiddeld in de A-groep, (berekend met de decimale cijfers) kunnen mogelijk doorstromen naar de havo.

    2. Leerlingen uit de TL-brugklas kunnen bevorderd worden naar klas 2 theoretisch of 2 beroepsgericht.

    Van 1 havo naar 2 havo:

    A-vakken: Ne, En, Fa, Du, Ak, Gs, Wi, Bi
    - Gemiddeld 6,0
    - Maximaal 2 onvoldoendes
    - 1 onvoldoende op Wi/Ne/En: bevorderd
    - 2 onvoldoendes op Wi/Ne/En: bespreekgeval

    B-vakken: Gd, Lo, Mu, Bv
    Gemiddeld 6,0
    - Maximaal 1 onvoldoende

    Next-Challenge wordt in de pilotfase beoordeeld met O, V, G en moet in de laatste periode met minimaal een V worden afgesloten.

    Van 2 basisberoepsgericht naar 3 basisberoepsgericht:

    A-vakken: Ne, En, m&m, wi, m&n, ns, tn
    B-vakken: gd, bv, lo en mu

    In de A-vakken: max. 3 onvoldoenden
    In de A-vakken: 6,0 gemiddeld
    In de B-vakken: max. 1 onvoldoende, gemiddeld 6,0.

    Voldoet een leerling aan drie criteria: basis beroeps. Voldoet een leerling niet aan alle drie criteria, bespreekgeval. Heeft een leerling in de A-vakken een 7.7 gemiddeld en een positief advies van het docentenvergadering: kaderberoepsgerichte leerweg.

    Van 2 kaderberoepsgericht naar 3 kaderberoepsgericht:

    A-vakken: Ne, En, m&m, wi, m&n, tn, ns
    B-vakken: gd, lo, bv en mu

    • In de A-vakken: max. 2 onvoldoenden.
    • In de A-vakken 6,0 gemiddeld.
    • In de B-vakken: max. 1 onvoldoende, gemiddeld 6,0.

    Voldoet een leerling aan drie criteria: kaderberoepsgerichte leerweg. Voldoet een leerling aan twee van de drie criteria, bespreekgeval. In al de andere gevallen 3 basisberoepsgerichte leerweg. Een leerling met 6 of meer onvoldoenden in de A- en B-vakken is een bespreekgeval.

    Van 2 theoretische leerweg naar 3 theoretische leerweg:

    A-vakken: Ne, En, Du, m&m, m&n, ns, wi.
    B-vakken: gd, lo, mu en bv.

    • In de A-vakken: maximaal 2 onvoldoendes.
    • In de A-vakken 6,0 gemiddeld.
    • In de B-vakken: maximaal 1 onvoldoende, gemiddeld 6,0.

    BCP (T&T) wordt beoordeeld met O, V, G en moet in de laatste periode met minimaal een V worden afgesloten.

    Voldoet een leerling aan drie criteria: 3-TL
    Voldoet een leerling aan twee van de drie criteria:
    Bespreekgeval: 3-TL/3 Kader.


    Van 2 havo naar 3 havo:

    A-vakken: Ne, En, Fa, Du, Ak, Gs, Wi, Bi, Ns
    • Gemiddeld 6,0
    • Maximaal 2 onvoldoendes
    • 1 onvoldoende op Wi/Ne/En: bevorderd
    • 2 onvoldoenden op Wi/Ne/En: bespreekgeval

    B-vakken: Gd, Lo, Mu, Bv
    • Gemiddeld 6,0
    • Maximaal 1 onvoldoende

    Next-Challenge wordt in de pilotfase beoordeeld met O, V, G en moet in de laatste periode met minimaal een V worden afgesloten.

    Van 3 havo naar 4 havo:

    Leerlingen in 3 havo staan ingeschreven in de nevenvestiging van het Emelwerda College (Brin: 02JG06) en hebben onderstaande overgangsnormen.

    Rapportcijfers worden afgerond op een heel cijfer: 
    - 5,49 wordt een 5 en 5,5 wordt een 6. 
    - Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen A- en B-vakken. 
    - Een 5 telt voor één tekort, een 4 of lager telt voor 2 tekorten.

    TEKORTEN ALLE VAKKENMOGELIJKE BESLUITEN
    0, 1

    H4/V4

    2, 3, 4H4
    4, 5

    H4/H3/M4

    6 of meer

    H3/M4

    TEKORTEN kernvakken (ne, en, wi)consequentie
    1

    -

    2 (2x5 / 1x4)

    Bespreking
    3 of meer

    Niet bevorderd

    Bovenbouw VMBO

    De overgangsnormen van 3 naar 4 Basis- en Kaderberoepsgerichte en Theoretische Leerweg:
    Bevordering geschiedt op grond van SE-cijfers en de handelingsdelen conform de zak-/slaagregeling + een voldoende voor Godsdienst. Dit leidt tot de volgende regeling voor de overgang van leerjaar 3 naar 4:

    - LO, het CKV-project en Godsdienst is voldoende. 
    - Het LOB-dossier is volledig.
    - Voor Nederlands heeft de leerling minimaal een 5. 
    - De eindcijfers voldoen aan de volgende eisen:
         -> alle eindcijfers zijn 6 of hoger, of
         
    -> er is één 5 en alle andere cijfers zijn 6 of hoger, of
         -> er is één 4 en alle andere cijfers zijn 6 of hoger, waarvan tenminste één 7 of hoger is, of
         -> er zijn maximaal twee 5-en en alle andere cijfers zijn 6 of hoger, waarvan tenminste één 7 of hoger is, en
         -> geen eindcijfer lager dan een 4 is. 
    - Het gemiddelde cijfer is 5,5 of hoger. Met gemiddeld een 5,49 voldoet een leerling niet aan de overgangsnormen.
    - Rekenen telt niet mee in de overgangsnormen.